Boskamp!

redactie | 28 maart 2007
blogs

Boskamp & paddestoelen. Een paar apart.
Mick Boskamp
‘De eigenaar van de Amsterdamse smartshop Innerspace’, schreef het Algemeen Dagblad gisteren, ‘wordt niet vervolgd voor de verkoop van de hallucinogene paddestoelen aan de minderjarige Française Gaelle Caroff. Zij sprong vorige week na het eten van de paddo’s van de brug bij de IJtunnel en overleed.’

Vreselijk nieuws natuurlijk. En dan heb ik het over het arme meisje en niet over het feit dat de eigenaar van Innerspace niet wordt vervolgd. Dat laatste zou je als goed nieuws kunnen beschouwen, tenminste: als je achternaam niet Caroff is, want ik kan me de woede en wanhoop van de ouders goed voorstellen.

Ik heb er dubbele gevoelens bij. Aan de ene kant begrijp ik Boris van der Ham van D66, die in het RTL Nieuws zei dat de paddestoelen niet in de ban mogen worden gedaan, want ze duiken toch wel op. En in dat geval oncontroleerbaar. Aan de andere kant had Fred Teeven van de VVD ook een punt, toen hij in diezelfde uitzending zei dat mensen die paddestoelen gebruiken zichzelf niet meer in de hand hebben, zoals het 17-jarige meisje.

Laten we eerlijk zijn: paddo’s zijn heftig. Wist je dat de ene helft van de wereld bang is voor paddestoelen en de andere helft er juist dol op is? De liefhebbers heten ‘mycofielen’ en de haters heten ‘mycofoben’.

Zelf behoorde ik voor lange tijd tot de laatste categorie. Ik kon geen paddestoel zien of ruiken of ik werd al misselijk. Daar kwam verandering in toen ik een aantal jaren geleden mijn eerste paddotrip had. Ik was wel zo slim om die trip te maken in de vertrouwde omgeving van mijn eigen, toenmalige woning in de Amsterdamse Kalverstraat. Ook stond ik onder scherp toezicht van mijn eigen mycofoob, die, mocht er iets mis gaan, me zou weten te overtuigen van het feit dat alles goed was.

Ik weet nog dat ik op het toilet stond en de wc-bril begon te lachen tegen me. Ik riep vanachter de deur tegen mijn mycofoob: ‘Je moet even komen kijken. Het is helemaal geweldig hier!’. Later veranderde de huiskamer in een paleis uit een Bollywoodfilm. En ik moest huilen en lachen tegelijk. Op een goed moment zaten we in het open raamkozijn te kijken naar de Neanderthalers die de straat bevolkten. We keken elkaar aan en kwamen niet meer bij. Tot op de dag van vandaag herinner ik me die avond als een avond vol kleuren, vol gevoelens, een avond ook waarin ik misschien wel de wereld zag zoals die werkelijk is. Maar stel je nou eens voor dat ik in een vreemd land was, in een vreemde stad. Ik was te jong om bepaalde indrukken een plek te geven en bepaalde gewaarwordingen op hun waarde in te schatten. Zou ik die avond dan als net zo kleurrijk hebben ervaren?

Ik heb het boekje ‘Alles Over Paddo’s’ van Arno Adelaars er nog eens op nageslagen. In het eerste hoofdstuk vertelt de schrijver het verhaal van bankier en journalist Gordon Wasson, de eerste blanke die psychedelische paddestoelen at. ‘Hij ziet paleizen, en tuinen versierd met juwelen. Hij ziet een mythologisch beest dat een vorstelijke koets voortrekt. Wasson krijgt het gevoel dat hij door de lucht vliegt. Hij ziet de aarde onder zich voorbij rollen. Hij ziet een karavaan kamelen langzaam een berg opklimmen. Wasson neemt zes dagen later samen met zijn vrouw en zeventienjarige dochter paddestoelen. Het is de eerste keer dat blanken de paddestoelen eten buiten het Indiaanse ritueel.’ Zeventienjarige dochter. De mycofoob zou zeggen: toeval bestaat niet.

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws