René Passet's film preview: Big Fish

Partyscene Redactie | 26 februari 2004
headlines


Als je moet kiezen tussen verhalen en feiten zijn de verhalen vaak leuker. Iemand als Proust wist dat al. En de op sterven liggende handelsreiziger Ed Bloom weet het ook. Verhalen kun je lekker aandikken, sappiger maken en er van alles bij verzinnen.
Voor fantastische verhalen zit je goed bij regisseur Tim Burton. Hij was tenslotte het brein achter sympathieke klassiekers als Edward Scissorhands, Beetlejuice en Ed Wood. Maar ook achter megaproducties als Batman en het jammerlijk geflopte Planet of the Apes.

Ook bij de productie van Big Fish is niet op een dollar meer of minder gekeken. De cast is imponerend, met grote namen als Jessica Lange, Steve Buscemi (achtereenvolgens als mislukte dichter, bankrover en Wall Street-magnaat) en een innemende Danny DeVito als circusdirecteur annex weerwolf.
Verder is de pixelwonderwereld uit de Hollywood-computers bij vlagen adembenemend. Zo is er een prachtige scène onder water, waarin Ed Bloom vanuit zijn rode sportauto de vrouw van zijn leven voorbij ziet zwemmen.
Toch overtuigt Big Fish maar half. Vooral de gedeeltes die zich in het heden afspelen blijven vaak steken in oppervlakkigheid. Terwijl het boek van de schrijver Daniel Wallace (eventjes te zien in een mini-rol als economie-leraar) genoeg aanknopingspunten bood voor een prachtige film.

Misschien is het verhaal wel niet in beelden te vatten. Laat ik het toch proberen: Ed Bloom uit het kleine dorpje Ashton in het zuiden van de VS vertelt zijn hele leven al verhalen. Hij heeft een fantastisch leven geleid en geweldige avonturen beleeft. Zijn zoon Will (een vlakke rol van Billy Crudup) hoort die mythische verhalen al sinds zijn jeugd en is ze spuugzat. Ook hij maakt verhalen, maar als krantenjournalist houdt hij zich keurig aan de feiten. Volgens Will is het helemaal niet waar dat zijn vader vrienden is geworden met een schaapverslindende reus, jaren voor niks in het circus heeft gewerkt voor een directeur (die een eenzame weerwolf blijkt te zijn) en in communistisch China een zingende Siamese tweeling ontmoette. Laat staan dat Pa’s verhaal over die heks met dat glazen oog waar is. En dat het dorp waarin zij woont, Spectre, echt bestaat.

Dat laatste blijkt toch het geval, ontdekt Will. En ook andere fantastische verhalen blijken niet helemaal uit de dikke duim van vader Bloom gezogen. Terwijl de oude man zienderogen aftakelt, probeert zoonlief het conflict met zijn vader bij te leggen. Daarin schakelt regisseur Tim Burton continu heen en weer tussen heden en verleden, tussen feit en fictie. En dat had hij beter niet kunnen doen. Het haalt de vaart uit de film en de hedendaagse scènes leiden slechts af van de sprookjesachtige avonturen uit het verleden.

De uiteindelijke boodschap komt wel goed over: hoe groter je vissekom, hoe groter ook de goudvis zal groeien. Dus als je aanneemt dat niets onmogelijk is in de wereld, kun je een groot leven leiden. Een grote film is Big Fish niet geworden. Wel een sympathieke, die vooral dagdromers en fans van fantasy en sprookjes zal aanspreken.

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws