Het René Passet IFFR Journaal, dag #8

Partyscene Redactie | 2 februari 2004
headlines


Rene kijkt film...

Plassen en de juiste passen

Je herkent ze direct, de fanatieke filmkijkers. Aan de feloranje 'keycords' met daaraan een gekleurd plastic pasje. Aan de A4-tjes die ze continu bestuderen en waarop hun uitputtende filmprogramma staat. En aan de manier waarop ze in de zaal een plekje zoeken: aan de zijkant. Dat laatste is echt iets wat je alleen op filmfestivals ziet. Normale mensen gaan in het midden zitten, liefst halverwege de trap. Fanatieke filmkijkers niet. Die willen kunnen weglopen als de film tegenvalt, omdat ze er nog drie hebben aangekruist die ongeveer op hetzelfde moment in andere zalen spelen. In het begin durfde ik dat nooit. Het voelt als vreemdgaan. Je hebt een 'afspraak' met deze film in Pathé 2, en niet met die andere die over vijf minuten in Cinerama 4 begint.
Maar zitten aan de zijkant heeft een hoop voordelen. Je kunt je benen en je tas kwijt in het gangpad. In een lange, drie uur durende Indiase film kun je tussendoor even pissen (je mist meestal weinig en kiest de zoveelste dansscene uit voor een vlug toiletbezoek). Ook ben je na afloop van de film lekker snel weer buiten. Niet onbelangrijk, want soms is het kunst en vliegwerk om een volgende film op tijd te halen.
Een fiets biedt uitkomst, dus heb ik deze week een barreltje bij Centraal Station staan. Ik weet inmiddels precies de fietstijden tussen de Doelen, Lantaren/venster en Cinerama. Een sprint van Luxor naar Pathé? Het kan in 1 minuut 33 seconden.

Van de week moest ik sprinten om de nieuwe film van de Britse regisseur Michael Winterbottom (24 Hour Party People) te halen. Code 46. Een inventieve, visionaire sciencefiction-film zonder ruimteschepen of lasergevechten, maar met het moderne en snel veranderende Shanghai als futuristisch decor. In Code 46 is de scheiding tussen have en have-nots compleet. De steden zijn vol, gelukzoekers worden angstvallig geweerd. je komt er alleen in met een speciaal pasje, een zogenoemde papelle. Buiten de steden is het leven hard en zwaar, het meeste land is veranderd in woestijn. In de steden kan de mens omgeving, lichaam en geest volledig naar zijn hand zetten. Biotechnologie en chirurgie maken deel uit van het dagelijks leven en de overheid bepaalt met wie je kinderen kunt krijgen en met wie niet.
Net als de (schaamteloos ondergewaardeerde) sci-fi-film Gataca van een paar jaar geleden is de toekomst van Code 46 al angstig dichtbij. Denk maar aan de plannen van Rotterdam om buitenlanders te ontmoedigen in de stad te komen wonen. Zonder de juiste papieren kun je het schudden.
In zekere zin geldt dat ook voor het filmfestival. Het juiste pasje opent deuren. Op het festival zijn ze er in vele kleuren. Pasjes voor de fanatieke bezoekers die meer dan twintig films gaan zien, pasjes voor de gasten, pasjes voor de regisseurs en pasjes voor journalisten. Na het zien van Winterbottoms verontrustende maar ook ontroerende film voelde ik me ineens niet langer bevoorrecht maar schuldig. Natuurlijk, het is heerlijk of niet in lange rijen voor de Centraal Kassa te hoeven staan maar je filmkaartjes kunt afhalen bij de veel rustigere persbalie. En dat je tussendoor in de perskamer snel je e-mail kunt checken. En in de speciale videokamer in je eentje festivalfilms kunt zien.
Maar het voelt soms ook ongemakkelijk. Alsof je voordringt bij de bakker of langs de lange rij voor Off-Corso via de gastenlijst naar binnen glipt. Misschien vandaar wel deze dagelijkse column, na het zien van vijf films per dag. Als een soort zelfkastijding.
Wat heb ik het toch goed.

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws