E&A Events: ‘We willen hier de grootste in worden’

E&A Events verdienden hun voetsporen ruimschoots in de evenementenwereld. Ze gooiden hoge ogen tijdens Kingsland, met Don’t Let Daddy Know – dat zowel Ibiza als Nederland veroverde – en het gestaag groeiende TIKTAK. De heren achter deze geoliede eventmachine zijn Alex Hes en Essam Jansen. We spraken met Alex, die aan ons de ontstaansgeschiedenis en beoogde toekomst van E&A Events uit de doeken deed.

De twee Amsterdammers waren al jaren beste vrienden voor hun geesteskindje E&A Events in 2008 het levenslicht zag. ‘We liepen zes jaar geleden de Escape uit en hadden helemaal geen leuke avond gehad. We zagen daar echt een gat. Onze klasgenootjes uit havo-5 hadden eigenlijk helemaal niets waar ze naar toe konden gaan. Toen dachten we: wat nou als wij een feest geven voor onze doelgroep?’, begint Alex zijn relaas als hij bij ons aanschuift. Zo werd het eerste event SMELT geboren, dat zich afspeelde in de Rain. ‘Het was bijna constant uitverkocht. Het eerste jaar gaven we twaalf feesten, het tweede jaar tachtig, het derde jaar tweehonderd. Zo is dat steeds gegroeid.’ Zijn fulltime baan bij een kledingwinkel, waar hij na de middelbare school ging werken, kon hij al snel opzeggen. ‘Ik ging me vol op de feesten focussen en vond dat veel toffer. Het werd steeds professioneler, we bouwden steeds meer concepten uit.’

Er volgden meer feestjes waarmee de heren furore maakten in het Amsterdamse nachtleven, zo werd het eclectische TIKTAK in Club Air een begrip op de zondagavond. De internationale doorbraak kwam er in 2012, met Don’t Let Daddy Know in de befaamde club Privilege in Ibiza, waar ze zich onderscheidden met een crossover sound die door de speakers klonk. ‘We wilden house, maar dan met live acts. Een Chris Brown met een David Guetta’, aldus Alex. ‘Het was succesvol, maar het is ons niet zomaar overkomen. We hebben er veel geld in geïnvesteerd.’

Nadat het tweetal weer voet zette op Hollandse bodem, werden de handen ineen geslagen met ID&T, die vijftig procent van het feest kocht. Nu is er een gezamenlijk doel: met Don’t Let Daddy Know de rest van de wereld veroveren. De editie in Ziggo Dome was al stijf uitverkocht, de volgende stap is een feest bij onze zuiderburen. ‘We willen met Don’t Let Daddy Know in dertig landen hetzelfde doen als we hier doen. In al die landen een Ziggo Dome uitverkopen. Dat is ons doel.’

Een scenario waarbij het concept in andere landen niet aanslaat, ziet Alex ziet niet snel gebeuren. ‘In België kennen ze ons al uit Ibiza en hebben ze filmpjes gezien van Amsterdam. En ik denk dat hoe meer steden je doet, hoe sneller je naar andere landen kan en de bekendheid zich verspreidt.’ Dat Don’t Let Daddy Know meer is dan een feest, speelt ook een rol. Het logo prijkt niet alleen op flyers, maar ook op merchandising en die vindt gretig aftrek. ‘Iedereen wil die shirts hebben’, vertelt Alex. ‘Het is spannend, mysterieus en herkenbaar. Hoe vet is het als je vader vraagt hoe het was nadat je om zes uur ’s ochtends thuis komt van het stappen en je zegt: “dat hoef jij niet te weten”.’

Ontdekken wat er nou precies zo bijzonder is aan hun feestjes, kan volgens Alex alleen als je erbij bent. Wel licht hij een tipje van de sluier op. ‘We proberen echt een beleving mee te geven’, legt hij uit. ‘Een gevoel dat andere feesten niet hebben. Daarom zijn we continu bezig met vernieuwen, zo hadden we op Don’t Let Daddy Know aan iedereen een lichtgevend bandje uitgedeeld. Dat was zo’n vet effect, zo proberen we op al onze evenementen de sfeer van de avond mee te geven. Iedereen moet op onze feesten een geweldige tijd hebben, genieten van de muziek en van elkaar.’

Het lijkt alsof alles wat de mannen aanraken verandert in goud, maar dat alles altijd van een leien dakje ging verwijst Alex direct naar het rijk der fabelen. ‘Wij hebben ook periodes gehad dat het minder ging en dat we veel geld verloren. Maar ik heb nooit gedacht aan stoppen, dit was juist een breekpunt waarbij ik me realiseerde dat ik nooit iets anders wil doen. Dit is mijn leven en mijn passie en we willen hier simpelweg de grootste in worden.’