Dancefair 2014: EDM Heroes - Vato Gonzalez, La Fuente, D-Wayne

Peter Güldenpfennig | 18 februari 2014
onbekend


Beginnende djs, producers en overige aanbidders van house hadden tijdens de Dancefair de kans om hun vragen te stellen aan de EDM-grootheden Vato Gonzalez, La Fuente en D-Wayne. De workflowsessie met deze artiesten vond plaats op zondag, tijdens de tweede beursdag. De zaal was vol en de bezoekers hadden alle aandacht voor de dj's. Alleen toen het op de publieksvragen aankwam viel er stilte. Gelukkig wist de panelleider (dj, producer en eigenaar van DJ School Utrecht) Boris Bals deze pauzes goed te benutten, en was de bijeenkomst al met al heel gezellig en informatief.

Gewoon blijven proberen

De eerste en een voor veel beginnende producers boeiende vraag ging over de weg naar de top in een muzikale carrière. Ieder van de drie artiesten had zijn eigen route. D-Wayne, die op zijn 19-jarige leeftijd al een contract heeft met de label van Afrojack, bleef de house-ster stalken met verzoeken om zijn demo te beluisteren en feedback te geven. 'Ik had natuurlijk al een paar releases op andere labels, zoals Spinning en Armada. Misschien heeft het uiteindelijk wel bijgedragen aan het feit dat Afrojack mij serieuzer nam en mijn e-mail toch heeft geopend.' D-Wayne gaf wel een belangrijke tip over blijven mailen: 'Mail hoe vaak je wil, maar stuur nooit een demo die voor jouw gevoel nog niet voor honderd procent af is. Vraag desnoods je omgeving en je muzikale collega’s eerst om een feedback.' Zelf vraagt D-Wayne onder andere zijn moeder regelmatig om feedback: 'Zij heeft absoluut geen verstand van dansmuziek, maar ze luistert wel radio. Als mijn moeder mijn track leuk vindt, betekent dat het voor bredere publiek geschikt is.'

La Fuente volgde ook heel lang het pad van blijven proberen, alleen in eerste instantie als dj. 'Ik ben sowieso meer een dj dan een producer. Ik begon te draaien toen ik nog heel jong was. De eerste jaren draaide ik vooral op hockeyfeesten, bruiloften en in cafés. Uiteindelijk kon ik geen bruiloft meer aanzien.' Deze tijd heeft La Fuente wel een hoop geleerd: 'Ik stond telkens voor een ander publiek wat ik moest entertainen: de ene keer waren dat hele jonge mensen, de andere keer bejaarde mensen. Daarvan heb ik geleerd een connectie te maken met het publiek en aan te voelen wat mensen uiteindelijk willen horen.' Deze eigenschappen zijn volgens La Fuente van groot belang voor een EDM-carrière: 'Je kunt wel een hit scoren met je productie, maar stel je voor dat je ineens een set moet draaien en je weet niet eens hoe de apparatuur werkt en hoe je het publiek moet entertainen. Pak dus al de draaiuren die je kan, al moet je een 10-uur set gaan draaien. Daar leer je alleen maar van. Op een gegeven moment kom je op steeds leukere plekken terecht en vind je vanzelf je connecties om echt verder te komen.'

Ook Vato Gonzalez creëerde een eigen weg in de muziek, met wel heel bijzondere mentors: 'Aan het begin van mijn carrière bouwde ik op mensen die aan een stuk door zeiden: "Kap eens! Stop ermee! Ga een baan zoeken!" Voor zo'n eigenwijs type als ik werkte dat helemaal perfect: ik ging juist door om daar tegenin te gaan. Ik weet nog dat ik eens op de middelbare school op een feest stond te draaien, en een muzieklerares die in het publiek stond zei daarna tegen mij: 'Leuk en aardig allemaal, maar op muzikaal gebied wordt het met jou helemaal niets.' Toen Vato Gonzalez vijf jaar later in dezelfde school achter de draaitafels stond, met een uur-gage net zo hoog als het maandsalaris van diezelfde muzieklerares, was ze op zijn zachtst gezegd helemaal niet blij met haar voorspelling. Vato Gonzalez: 'Ik bleef gewoon proberen en ging door totdat ik uiteindelijk was waar ik wilde zijn. Zelfs als mensen je blijven afkraken, trek je daar niets van aan. Misschien vinden zij het niet leuk, maar gaan anderen weer helemaal uit hun plaat. Blijf dicht bij jezelf en doe je eigen ding: niemand heeft een tweede Nicky Romero nodig. Probeer niet iets te maken wat lijkt op wat hij doet. Dat doet hij immers al. Denk daarnaast aan je imago: Wie ben ik als artiest? Wat is mijn alter-ego? Wat wordt mijn logo? Welke podcasts ga ik neerzetten? Social media is ook heel belangrijk omdat je niet alle fans persoonlijk kunt bereiken. Onderschat de rol van je imago niet. Laten we eerlijk wezen: er zijn zat mensen in de EDM-scene die helemaal niets kunnen en toch op bijna elk groot feest te vinden zijn. Imago is dus ook een manier om ergens te komen.'

Wel of niet uit handen geven?

Heb je het draaien goed onder de knie, maar willen producties steeds niet lukken? Dan is het misschien een optie om een ghost-producer in te schakelen. Een ghost-producer maakt tegen betaling een plaat voor een andere artiest, die onder de naam van deze artiest wordt gereleased. Of ghost-producing nu goed of slecht is, daarover waren de meningen verdeeld.
D-Wayne is in ieder geval geen fan van ghost-producing: 'Een ghost-producer inschakelen lijkt makkelijk, maar het is helemaal niet handig. Stel dat je ergens duizenden kilometers verderop zit en merkt dat iets in de track niet werkt tijdens een show. Hoe wil je het dan snel aanpassen? Met je ghost-producer via Skype?' Volgens D-Wayne is het handiger en praktischer om zelf te leren produceren. 'Technisch gezien kan iedereen een producer worden. Het is niet makkelijk, maar valt prima te leren. Op internet zijn 100.000 tips te vinden over hoe je allerlei kicks en sub-kicks kunt maken, hoe je plug-ins kunt gebruiken et cetera. Het kost wel tijd, maar om een goed nummer te maken heb je sowieso vaak maanden studiowerk nodig. Het gaat niet zomaar met één druk op de knop.'

La-Fuente maakt ook zijn muziek zelf. 'Toen ik genoeg werd geboekt als dj, werd het tijd voor eigen producties. Ik heb meteen uitgezocht wat ik daarvoor moest hebben en waar ik het kon kopen. En toch blijf ik meer een dj dan een producer. Mijn valkuil is dat ik niet zo goed ben in de laatste productiefase. Ik heb wel 40 ideeën die daardoor blijven liggen. En toch zou ik geen ghost-producer in dienst nemen. Ik schakel liever mensen in die van technische dingen verstand hebben en mij kunnen helpen om mijn producties op een hoger niveau te tillen.'

Vato Gonzalez vindt ghost-producing helemaal niet erg: 'Mensen op de dansvloer boeit het helemaal niet door wie een track is gemaakt. Dat is iets wat alleen wij als professionals interessant vinden. Voor mijn eigen producties doe ik alles zelf omdat ik het graag zelf wil doen. Maar laten we niet hypocriet doen: dj's zijn de enige artiesten waarvan wordt verwacht dat ze alles zelf moeten kunnen: en draaien, en produceren, en toeren, en voor al deze dingen genoeg tijd kunnen vinden. Kijk maar naar de pop-wereld: bijna alle zangers hebben een heel team van producers om zich een. Het is sowieso heel frustrerend dat je tegenwoordig niet zomaar een goede dj mag zijn als je geen goede producer bent. Daarom ontkom je niet aan ghost-writing: EDM is en blijft ook een business.'

Het geheim van een goede plaat

Volgens La Fuente zijn inspiratie en doorzettingsvermogen cruciaal bij het produceren. 'Soms maak je een plaat in 1,5 uur, en soms ben je een heel jaar bezig, dat weet je nooit. Dit is voor mij net als een set: ik kan wel dingen in gedachten hebben, maar uiteindelijk beslis ik ter plekke wat ik ga draaien. Dit ligt aan het publiek en de omstandigheden: je weet nooit van te voren hoe de omstandigheden zullen zijn.'

Vato Gonzalez test nieuwe producties tijdens zijn optredens en bij collega’s. 'Zo ben ik ook met Diplo in contact gekomen. Ik stuurde mijn nieuwe track 'Rasclat Riddim' de wijde wereld van collega’s in en kreeg binnen een half uur reacties van Laidback Luke, Diplo en andere collega’s. Zijn vonden het allemaal vet. Via mijn management ben ik uiteindelijk in contact met Diplo gekomen en hebben we samen deze plaat uitgewerkt.' Een andere advies van Vato Gonzalez aan jonge producers is om niet bang te zijn om dingen te gebruiken, die andere ook gebruiken. 'EDM is nou eenmaal een genre, waar alles qua stijl op elkaar lijkt: iedereen gebruikt kicks, sub-kicks et cetera. Jouw plaat moet voor negentig procent passen binnen wat er nu speelt, maar voor de overige tien procent moet het ontzettend origineel zijn en zichzelf sterk onderscheiden van alle andere bestaande producties.'

La Fuente: 'Als een label een “nee” zegt, betekent het niet per se dat je plaat kansloos is. Het ene label zegt nee, omdat ze vinden dat je plaat teveel op andere dingen lijkt. Het andere label zegt “nee” omdat ze je plaat te innovatief vinden en niet zeker weten of mensen het wel gaan snappen.' Deze hint gaf La Fuente op basis van zijn eigen ervaring: 'Toen ik mijn plaat 'Irish' wou uitbrengen, waarin viool motieven zijn verwerkt, zei Spinnin' dat het wel een vette plaat is, maar dat niemand het op de radio zou draaien. Als ik het nu zou uitbrengen, dan zouden ze het met beide handen aanpakken. Alleen toen was het te vernieuwend. Maak dus iets wat wel herkenbaar is, maar vergeet niet jezelf te onderscheiden.'

Hoe onderscheid je jezelf

Ook hoe een producer zich onderscheidt, waren de meningen over verdeeld. D-Wayne legde de nadruk op een eigen sound: 'Je moet wel achter je eigen sound staan om iets bijzonders te kunnen uitdragen. Ik zelf gebruik onbekende platen voor inspiratie. Als ik iets leuk hoor, neem ik het mee in mijn set, maar wel met eigen draai. In de auto luister ik naar allerlei andere muzikale stijlen, alles behalve house. Dit om andere melodieën in mijn hoofd te krijgen.'


Volgens Vato Gonzalez is het belangrijkste om niet te veel bezig zijn met verwachtingen van anderen. 'Doe vooral waar je lol in hebt. Wat voor gekke mix jouw stijl ook zou zijn, als je daar zelf lol in hebt, zal het publiek met je mee gaan. Ik ben overigens nooit bezig met inspiratie: ik doe gewoon iets waar ik op het moment zin in heb. Als je echt niet aan je inspiratie kunt komen, ga dan gewoon midden in je studio staan, stel jezelf voor dat het een uur of 3 's nachts is, iedereen is al aardig dronken, de dansvloer is vol, er zijn een hoop lekkere meiden om naar te kijken... Wat voor track zou je dan maken? Wat wil het publiek?'

Bij La Fuente komt inspiratie ook vanzelf: 'Je moet het niet forceren. Mijn track 'Irish' kwam in mijn hoofd op toen ik naar een show van Riverdance zat te kijken. Ik was omver geblazen door de enorme energie die de muziek en de show uitstraalden. Dit wilde ik meteen in mijn eigen nummer weergeven. Als dj haal ik inspiratie uit het publiek, maar ook uit de locatie van het feest en het feest zelf. Ik kijk altijd wie er nog meer op het feest draaien en met wie ik op het podium sta. Ik luister ook naar de sets van mijn collega’s om te voorkomen dan mensen tien keer op een avond dezelfde nummers horen.'

Na afloop van de sessie mochten de meest ijverige bezoekers nog snel een één-op-één praatje maken met de dj's. Sommige bezoekers verzamelden handtekeningen, vroegen om feedback op hun demo's of gingen gewoon op de foto met artiesten. Wie weet staat er over een paar jaar iemand van deze bezoekers zelf tijdens de Dancefair een praatje te houden. Wij houden het in ieder geval goed in de gaten!

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws