Odesza: 'We zijn hard voor onszelf'

Cas Smit | 27 oktober 2015
onbekend

 

 

De mannen van Odesza stonden tijdens ADE met hun eigen show in een uitverkocht Paradiso. Ik sprak de heren vooraf en kreeg veel diepe en doordachte antwoorden, wat ze te vertellen hadden en hoe de avond was lees je hier onder!

 

 

Een uitverkocht Paradiso vanavond, hebben jullie er zin in?
Clayton: ‘Yeah! En tijdens ADE, dat is geweldig.’
Harrison: ‘En ook een awesome locatie, het is een prachtige zaal. We waren in mei in de kleine zaal, de Tolhuistuin.’

De eerste keer dat ik naar Odesza luisterde, hoorde ik een combinatie van Flume, Bonobo en Moderat.
Harrison: ‘Woooh, met die laatste pak je me! Moderat is mijn favoriete artiest.’
Clayton: ‘Dat zijn allemaal complimenten!’

Hoe zou je jullie eigen sound beschrijven?
Harrison: ‘Ik denk zeker dat het een mix van heel veel dingen is. Het mooie aan de artiesten die jij net noemde is dat zij eigenlijk een soort samensmelting van verschillende genres zijn, en ik denk dat wij uit diezelfde wereld komen. We houden van heel verschillende dingen, zoals orkestmuziek, wereldmuziek en symfonische muziek, dus het is mooi om te zien hoe muziek verandert en hoe het in elkaar zit en steeds interessanter en gekker wordt. En dat willen we samenvoegen.’

Sommige artiesten zijn begonnen met het maken van muziek binnen een ander genre maar zijn uiteindelijk ergens anders in terecht gekomen. Hoe zit dat bij jullie, maakten jullie altijd al dit soort muziek?
Clayton: ‘Dat is een goede vraag. Odesza is een soort combinatie van dingen die we hiervoor deden. Harrison was altijd meer hiphop georiënteerd en ik voelde meer voor de dance. Dus dit is eigenlijk die twee werelden die samen komen. Harrison: 'Het grotere tussen die twee.’

Ik ben een groot fan van hiphop en ik denk dat hiphop ook perfect bij het geluid van Odesza past. Wat is jullie mening daarover?
Harrison: ‘Yeah, met een rapper bedoel je? Ik zal eerlijk zijn, ik ben een beetje een snob als het aankomt op rappers haha. Er is veel wat ik niet leuk vind en er zijn maar een paar rappers tegenwoordig waar ik van geniet. Er zijn rappers die de wat ruigere hiphop maken, wat leuk is op feestjes, zoals A$AP Rocky. En er zijn rappers als Kendrick Lamar die betekenisvolle hiphop maken. Ik vind beiden tof!’

En als je een rapper moest kiezen om mee samen te werken, wie zou dat zijn?
Harrison:‘Ik houd meer van de classics, zoals de jaren '90 hiphop. Als ik moest kiezen zou het waarschijnlijk Q-Tip van A Tribe Called Quest zijn.’

Als je naar een show van Odesza komt, dan kom je niet alleen voor de muziek maar voor het totaalplaatje. Hoe creëer je zo’n vibe als je on stage staat?
Clayton: ‘We proberen de juiste combinatie van muziek en visuals te vinden. De visuals zijn een groot onderdeel van de act. We houden van zoveel verschillende stijlen en genres, we proberen overal doorheen te gaan. Van hiphop tot dance tot trap en ga zo maar door. We proberen dus eigenlijk al die dingen in anderhalf uur te doen. We willen mensen mee op reis nemen langs verschillende secties en verschillende sounds en hopelijk lukt dat, dat is een beetje het doel.’
Harrison: ‘Ik denk dat het mooie aan ons publiek is, dat ze over het algemeen open minded genoeg zijn om die reis te maken. Ik weet niet of je dat soort publiek treft op een festival gig.’

Hoe ziet jullie creatieve proces er uit als je een nieuwe track gaat maken?
Harrison: ‘Dat verschilt veel, het ligt aan hoeveel we reizen tegenwoordig. Voorheen zaten we in de studio te werken aan nieuwe dingen en nu is het tijdens de vlucht waar we usb sticks aan elkaar geven om zo aan muziek te werken. We beginnen op ons zelf en wisselen dan bestanden met elkaar en werken er aan wanneer we tijd hebben. We hebben gewoon te weinig tijd om samen te gaan zitten en ergens aan te werken.’

Jullie eerste album was meer instrumental en het tweede album was meer pop. Waar komt dat vandaan? Waarom pop?
Clayton: ‘Waarom de pop, dat is alweer een goede vraag haha. Het eerste album was meer een samenkomst van onze vorige projecten. Het was eigenlijk een side project voor tijdens de zomer. In het tweede album zat meer werk, we hadden als doel een totaalplaatje te maken. En we zijn altijd al fan van popmuziek geweest. Het is iets nieuws, we hebben allebei nog nooit zoiets geprobeerd. Ik denk dat experimenteren en jezelf pushen een belangrijk onderdeel is van een producer zijn en als je geen nieuwe dingen probeert of jezelf niet weet te ontwikkelen op welk gebied dan ook, dan stagneer je. We probeerde nieuwe dingen te leren en ons in een nieuwe richting te duwen en dat is eigenlijk hoe we pop zijn gaan proberen.’
Harrison: ‘Als je je niet drukt maakt over of iemand het tof vindt, dan maak je waarschijnlijk iets dat niet goed is, haha.’

Zien jullie jezelf meer als een producer of als live act?
Clayton: ‘Persoonlijk zie ik ons als producers. Ik hou van de live show maar ik ben liever in de studio voor het songwriten, ik denk dat dat voor ons beiden geldt.’
Harrison: ‘Ik denk dat we beiden van soundscaping houden, het produceren van muziek boven het spelen ervan. Het spelen van de muziek is een totaal andere wereld dan die in de studio, alsof het twee totaal verschillende projecten zijn. We gaan zo vaak terug naar de studio om een track te remixen, puur voor de live show. We willen een grootse speciale theatrale atmosfeer creëren en onze nummers zijn niet altijd zo bedoeld. Onze tracks zijn meer voor op de achtergrond van je leven, in je koptelefoon, wanneer je in de bus zit. Terwijl de live show juist interactief moet zijn en deze grote wereld moet creëren waar jij onderdeel van kunt zijn.’

Dan draaien de mannen de rollen even om en stellen ze mij een vraag.

Hoe zit dat bij jou, luister je naar alle genres?
Cas: ‘Ik luister echt overal naar, ik denk dat het niet goed is om jezelf tot een bepaald genre te beperken. Als het goed is, is het goed. Daar valt het idee van een genre weg en is het allemaal 'gewoon' muziek.’
Clayton: ‘Precies! We hebben een track op het nieuwe album die ‘Kusanagi’ heet. Het is een heel mooi en ambient nummer. Het heeft niet eens drums tot aan de derde minuut ofzo. Je zou dat live kunnen spelen maar je wil mensen niet in slaap brengen. We proberen dus een balans te vinden in het behouden van de energie en het dicht bij jezelf staan. Er is een energielijn waar we heel voorzichtig op lopen, je wil niet te ver naar een kant gaan want je wil geen mensen verliezen. We lopen nu al een aardige tijd op deze lijn. In een perfecte wereld voor ons zouden we heel graag deze langzamere nummers live spelen, maar het moet wel kloppen in combinatie met de show. Als het contrast te hoog is valt het moment weg. Als we live spelen moeten we live elementen toevoegen die ervoor zorgen dat je je een onderdeel van de show voelt.’

Jullie maken ook veel remixes, is het creatieve proces anders dan van wanneer je een eigen track maakt?
Clayton: ‘Ja, zeker.’
Harrison: ‘Het is soms makkelijker omdat je een vocal hook of iets dergelijks hebt. Deze momenten zijn al voor je gemaakt om mee te spelen. Maar dat kan het ook weer moeilijk maken als je de track heel vet vindt en hem niet wil verpesten. Die twee dingen spelen mee. Soms is het makkelijk omdat je een specifiek moment tof vindt en de remix daar omheen wil maken, maar als je de hele track en alles tof vindt is het moeilijk om te kiezen wat je gaat veranderen.’
Clayton: ‘Er zijn veel elementen en wanneer je de stam van de track pakt, wat dus eigenlijk de geïsoleerde instrumenten zijn, dan kan je een deel kiezen als fundament. Je kunt de elementen kiezen waarvan jij denkt dat je ze tot een nieuw level kunt brengen of waarmee je een nieuwe weg kunt inslaan. Dat is meestal wanneer je een goede remix kunt maken: als je iets kunt toevoegen aan een track die zijn originele gevoel en energie behoudt maar je slaat er een compleet andere weg mee in door instrumenten toe te voegen, dan maak je iets helemaal nieuw. Ik denk dat dit is wat je nodig heb om een goede remix te maken.’
Harrison: ‘Klopt, en dat zijn meestal de beste remixes.’

We gaan even de diepte in. Met welk nummer werden jullie vanmorgen wakker?
Clayton: ‘Ik luisterde naar Four Tet gisteravond maar ik kan me even niet herinneren wat ik vanmorgen op had staan.’
Harrison: ‘Ik luisterde naar RIVKA met ‘Swim High’! Een heel goed nummer, jij zou hem ook goed vinden!’
Clayton: ‘Ah, ik weet het weer: het was Jamie xx! Ik luister graag Jamie xx. En van Caribou, ik houd van Caribou. Ja er is zoveel goede muziek op het moment. We hebben ons eigen label en Kasbo heeft daar pas geleden een nummer uitgebracht, het heet ‘World Away’ en wij vinden hem geweldig! Je zou die ook even moeten checken!’

Wat zijn jullie verwachtingen voor vanavond?
Harrison: ‘De vorige keer was het geweldig.’
Clayton: ‘We hadden geen idee hoe tof de show zou worden en hoe het publiek zou zijn, maar als het iets lijkt op die avond zijn we blij.’

De locatie is in ieder geval beter, Paradiso heeft een prachtige zaal!
Harrison: ‘Yeah, het feit dat we vooraf zijn uitverkocht is bizar. Europa is altijd een plek geweest waarvan we nooit echt weten hoe het gaat uitpakken. We kennen de wereld niet zo goed zoals we de VS kennen. Dus als we hier heen komen weten we niet echt wat we moeten verwachten, maar zo’n warm welkom en zoveel support is voor ons echt geweldig!’

Denken jullie dat de mensen hier meer open minded zijn?
Clayton: ‘Zeker weten!’
Harrison: ‘Zeker qua genres, in de VS is het vooral trance. Hier gaat het om elk type muziek. Je kunt van de oude house naar het hele nieuwe future bass en het klopt allemaal hier. In de VS zouden ze zeggen dat je het moment verpest.’
Clayton: ‘Jullie zijn zeker meer open minded, maar ook meer puristen op een of andere manier.’

Vinden jullie ons een lastig publiek?
Harrison: ‘Ik heb verhalen gehoord maar ik heb het nog niet gezien.’
Clayton: ‘Oh jawel, dat hebben we wel gezien haha. Maar als we hier onze eigen dingen doen, dan zijn jullie altijd super tof!’
Harrison: ‘Als je in de UK een house track draait moet het wel echt goed zijn. Daar kom je niet makkelijk weg met een goedkope versie, dan is het bijna beledigend. Ik vind het gekke hier dat iedereen denkt dat het hun eigen eiland is, of helemaal afgesloten. Je kunt hier drie uur rijden en dan ben je in een compleet andere muziek wereld.'

Werken jullie al aan wat nieuwe dingen?
Clayton: ‘We proberen het, we zijn erg druk met de tour nu en hierna komt de US fall tour. Daarna is het weer tijd om muziek te maken en wat nieuws te doen. We zullen zien hoe dat gaat uitpakken. We zaten een beetje in een hiphop mood toen we onderweg aan het schrijven waren, dus veel is hiphop georiënteerd, 80/90bpm.’
Harrison: ‘En dan is het ineens weer experimentele orkestmuziek, dus misschien wordt het nog wat.’
Clayton: ‘En dan gaan we naar Australië en dan zijn we weer op de house muziek. Van maand tot maand veranderen interesses.’
Harrison: ‘Het zou wel eens een heel verwarrend nummer kunnen worden.
Clayton: ‘Het moet uiteindelijk samenvallen want we veranderen steeds van gedachte. We schrijven een hele zooi met nummers en dan ga je kijken wat werkt en wat niet. Ik denk dat goede albums van alles wat hebben: sommige zijn dansbaar, anderen ambient. Dat is wat wij proberen.’
Harrison: ‘Onze grootste uitdaging bij het maken van In Return was van alles een geheel maken in plaats van een paar tracks op zichzelf.’

In mijn ogen is dat zeker gelukt!
Harrison: ‘Dank je! Dat was ons belangrijkste doel.’

Hoe weet je dat je op een goed spoor zit als je een track maakt?
Clayton: ‘Als je aan iets bezig bent is de eerste aanpassing of de eerste fout, meestal een punt van herkenning. Bijvoorbeeld als je een verkeerde noot raakt en denkt: ‘Hey, dat klonk best tof.’ Dat geeft je een apart gevoel.’
Harrison: ‘Dan denk je: ‘Hey dat was nice, hoe doe ik dat nog een keer?’ En zo ga je spelen.’
Clayton: ‘De echte test komt pas wanneer je ergens lang aan heb gewerkt en je eigenlijk al in de mixfase zit. Als je dan nog steeds vindt dat het tof is en er zijn stukejs waarvan je geobsedeerd raakt, dan zit je goed. Er zijn nummers die we hebben gemaakt die ik zo vaak heb gehoord maar die ik gewoon wil blijven horen. Het klinkt een beetje narcistisch maar als je dat gevoel kunt vasthouden, dan zou het gevoel vertaald worden in de muziek. Het kan eerst vreemd klinken maar als je er op terug kijkt wordt het iets unieks dat je nergens anders kan vinden.’
Harrison: ‘Ik denk dat we hard voor ons zelf zijn. We vinden veel dingen niet goed genoeg en als je dan iets vindt waarvan je wel zegt dat het goed is en je het eigenlijk echt tof vindt, dan heeft het iets speciaals. Als je die speciale dingen kunt vinden tussen al die momenten dan heb je materiaal dat je echt kunt uitbrengen.’

De laatste zin van de intro van jullie eerste album is: By these means and many others you can create sounds which no one has ever heard before. Is dat iets wat jullie altijd proberen te doen?
Clayton: ‘Het eerste album was gebaseerd op samples, de monoloog die je in de intro hoort zegt dus eigenlijk wat we proberen te doen. En het tweede album was dat helemaal niet, dat was meer songwriting en het proberen te maken van eigen nummers en niet geluiden manipuleren die er al waren.’
Harrison: ‘We ontwikkelen ons altijd, het is dus moeilijk te zeggen waar we in de toekomst mee aan de slag gaan. Het duurt maanden voor ons om beslissingen te nemen of iets te maken wat  per ongeluk tot stand is gekomen maar wel heel goed voelt. Voor ons valt het pas op zijn plaats als het klaar is, we weten pas wat we maken als het klaar is. Het is moeilijk te voorspellen en ik denk dat je door iets te willen voorspellen het jezelf extra moeilijk maakt het te bereiken. Het is beter om jezelf vrij te laten en te experimenteren, dan zie je wel wat er van terecht komt.’

 

Over de avond in Paradiso:
Een vol Paradiso was het die avond, vol met liefhebbers die voor het totale plaatje kwamen. De show begon met het intro van het eerste album gevolgd door een breed scala aan nummers van beide albums en remixes. Visuals waar je je ogen bijna niet vanaf kon houden en de energie van Odesza nam de hele zaal mee op die reis die ze zelf zo graag wilde dat het publiek zou ervaren.

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws