Deze week maakte Diephuis-producer Barend-Jan Beljaars een soulvolle housebewerking van Sting-klassieker ‘Englishman in New-York’. Waar moet een goede bewerking van een pophit aan voldoen? Wij vroegen het de maker zelf.
1. Is je Sting-bewerking een mash-up, remix of edit, en wat is eigenlijk het verschil?
Diephuis: ‘Ik vind het een edit, maar wel met extra productiestukken erin verwerkt. Het verschil zit hem in het volgende:
Een edit maak je van een bestaande track, om een eigen versie te maken. Je gebruik het originele nummer, zonder dat je de parts van de originele track hebt, zoals bij een remix het geval is. Je knipt gedeeltes uit de bestaande track en maakt er een nieuwe versie van.
Een mash-up is het samenstellen van verschillende nummers tot een mix. Ik ben daar overigens geen voorstander van.’
2. Waar moet de ideale edit van een wereldberoemd nummer aan voldoen?
Diephuis: ‘De bewerking moet een meerwaarde aan het bestaande nummer geven en een andere, nieuwe doelgroep aantrekken. Bijvoorbeeld bij een 90’s poptrack, die in één keer een geweldig dansbare plaat wordt en zo twee muziekgeneraties overslaat. Het resultaat moet wel herkenbaar blijven en zo vet zijn, dat ik het als dj graag zou draaien.’