Review: Rotterdam in the House: het boek over de Rotterdamse housepioniers

De titel van 'Rotterdam in the House' is eigenlijk allesomvattend. Hoe je het ook wendt of keert, de stad Rotterdam heeft de Nederlandse house- en dance-scene op de kaart gezet; tijd voor een boek dus.

Een vergelijking met het boek Mary Go Wild (2013) is natuurlijk al gauw gemaakt, en ik denk dat je die vergelijking ook prima kunt trekken. Dance is groot geworden in Nederland en bestaat al zo'n dikke 25 jaar, dus daar mag over geschreven worden. Maar waar Mary Go Wild ietwat rommelig aandoet door de immens grote (maar tegelijkertijd zeer indrukwekkende) hoeveelheid content, is Rotterdam in the House lekker overzichtelijk.

Een blik op de Inhoud op bladzijde 4 zegt al genoeg. De hoofdstukken zijn keurig ingedeeld op prominente dj’s, initiatiefnemers, clubs en labels afkomstig uit de Rotterdamse house-scene. Alle steekhouders uit de scene komen uitgebreid aan het woord, je zou bijna kunnen spreken van tientallen uitgebreide interviews. En met ruim 200 pagina’s is Rotterdam in the House evengoed een naslagwerk dat in de boekenkast van iedere dance-liefhebber zou moeten staan.

Ted Langenbach

Zo bladeren we al gauw door naar blz. 75, want Ted Langenbach (die Rotterdam ook wel 'het Detroit van Nederland' noemt) mag uiteraard niet ontbreken in dit naslagwerk. Zo vertelt hij over zijn tijd in de club Now&Wow: 'DJ's die later trance en techno gingen draaien, draaiden bij mij in Now & Wow nog een echte houseset. Zo had ik Benny Rodrigues en Tiësto die nog house draaiden. Junkie XL draaide house en zelfs Armin van Buuren (!) draaide nog house bij mij. Achteraf gezien had ik consessies kunnen doen aan mijn eigen stijl en had ik nu multimiljonair kunnen zijn.’ Zo kom je nog eens wat te weten over je favoriete dj’s van dit moment.

Paul Elstak

Ook de anekdote van Paul Elstak, Rotterdammer in hart en nieren, op bladzijde 96 is het vermelden waard. Paul richtte in 1992 het platenlabel Rotterdam Records op en bracht muziek uit onder de naam Euromasters. 'Wij vonden het belachelijk dat Rotterdam bijna geen aandacht kreeg als belangrijke housestad. Vandaar dat we de track 'Amsterdam Waar Lech Dat Dan' uitbrachten. (...) De term gabberhouse werd verzonnen door de Amsterdamse dj Joost van Bellen. In een zeker interview met hem lieten ze uitgerekend 'Amsterdam, Waar Lech Dat Dan' horen en hij noemde onze plaat teringherrie en vond het een plaat voor gabbers, randdebielen en laag opgeleiden.’
Wij zouden willen zeggen, oordeel zelf:

‘We omhelsden de naam gabber als geuzennaam en hebben ook eens in vinyl de tekst 'gabber zijn is geen schande' laten krassen.' Het moge duidelijk zijn dat de Rotterdam vs Amsterdam vete zich ook buiten de voetbalstadions afspeelde.

Conclusie

Je kunt 'verdwalen' in Rotterdam in the House, je even helemaal wanen in de vroege jaren '90, die goeie ouwe tijd. Wel blijft het de  vraag of dergelijke verhalen
aangedikt worden om ze mooier te doen laten lijken. Je vraagt je af: zou Martin Garrix ook met de meest ruige verhalen op de proppen komen en een boekje opendoen over het weelderige edm-tijdperk?

Maar ook al zijn de verhalen aangesterkt, wat maakt dat dan uit? Rotterdam in the House is een heerlijk boek om in weg te dromen en daarnaast steek je er nog eens wat van op. Voor de Rotterdammers onder ons zal het boek ongetwijfeld verscheidene 'oja-momentjes' opleveren; voor lezers die nog nooit een stap hebben gezet in de Maasstad maar toch de house-scene een warm hart toedragen is dit evengoed een must read. Ben je geïnteresseerd in house en dance, dan is ons advies: 'respect the oldskool', en scoor een exemplaar!

Ronald Tukker (1974) is de auteur van Rotterdam in the House. Vorige week donderdag overhandigde hij het eerste exemplaar aan Paul Elstak (zie foto). Rotterdam in the House kost slechts €20 en scoor je hier. Overigens schreef Ronald ook een indrukwekkend naslagwerk over de house-scene in Dordrecht, deze kun je hier vinden.