Hij was de drijvende kracht achter Club Exposure, zeg maar de iT van Den Haag, of eigenlijk Scheveningen. René Mulder, slechts 49 jaar oud, stierf afgelopen zondag aan de gevolgen van een aantal herseninfarcten. De hofstad rouwt.
Begin jaren negentig, toen housemuziek vanuit Amerikaanse en via Engelse clubs, overwaaide naar het Europese vasteland,had Amsterdam de iT & RoXY, Rotterdam Nighttown en Den Haag Club Exposure; vier zeer invloedrijke clubs, waar dj’s als Marcello, Dimitri, Ronald Molendijk en Remy Nederland voor het eerst wekelijks aan het housen kreeg.
Het was de tijd van de acid, van de XTC-pil en van Joey Beltram’s ‘Energy Flash’. Maar ook van de tegenstand; mensen en (religieuze) instanties die het opkomende housevirus met alle mogelijke middelen wilden bestrijden. Zo moest Club Exposure menigmaal de deuren sluiten - uiteindelijk voorgoed, omdat klagende buurtbewoners (geluidsoverlast) in het gelijk werden gesteld door de Haagse burgervader.
Toch bouwde René Mulder in de periode 1992 - 1997 gestaag aan een inmiddels legendarisch clubimperium aan de Scheveningse Westduinweg; een heus uitgaansmerk, met het Cupido-engeltje als passend logo. Er verscheen een cd-serie, er werden internationale feesten op locatie (Ibiza) georganiseerd en de abslote wereldtop, waaronder dj's Laurent Garnier, Derrick May en Sven van Hees, draaide in ‘Xpo’.
Club Exposure; een tijdperk voor vele Haagse clubbers