"Talent ontdekken is het leukst"

Delsin Records verblijdt het Nederlandse dance-landschap al twaalf en een half jaar met diepe elektronica en spannende technoreleases. Oprichter Marsel van der Wielen over zijn kindje: “Ik vind het gewoon goede muziek.”

Tekst: Susanne Woning

Een flinke mijlpaal in de vaderlandse dance-geschiedenis, dit jubileum van Delsin, want het aantal onafhankelijke underground labels dat zich zo lang staande heeft weten te houden in de grillige wereld van de elektronische muziek, is in Nederland op één hand te tellen. En de drijvende kracht achter Delsin, oprichter en labelbaas Marsel van der Wielen, is nog lang niet klaar met zijn zoektocht naar tijdloze kwaliteit. Wij hadden best zin in een stukje verjaardagstaart en belden met 020 om Marsel te feliciteren.

L2P: Delsin bestaat 12,5 jaar: neem ons eens mee naar het begin. Hoe kwam je er in 1996 bij om een label te starten en wat was de eerste release?

Marsel: “Ik ben begonnen met plaatjes kopen toen ik een jaar of 15 was en niet lang daarna kwam de tweede lichting ‘Detroit’-labels naar Nederland, zoals Planet E en Eevolute. In tegenstelling tot anderen die graag dj of muzikant wilden worden, leek het mij juist stoer om een eigen label te runnen. Ik was gefascineerd door het artwork en hield bij op welke manier releases werden uitgebracht. In 1996 had ik een demo op een cassettebandje gemaakt en ik wou kijken of ik daar, naast de gratis exemplaren voor promotie, misschien ook wat op kon verdienen. Met de verkoop van die demo was de eerste release van Delsin een feit. Geen enorme klapper - ik hoefde geen heroplage te doen (lacht)-, maar hij stond toch hoog in diverse technolijstjes. Het duurde daarna tot mijn 23^ste (1997) tot ik echt mijn eerste eigen release uitbracht; gewoon lekker op mijn eigen label.”

L2P: Wat is het belangrijkste wapenfeit van Delsin voor de elektronische muziek?

Marsel: “Dat is vooral de continuïteit van het label. De sound is in de loop van de jaren wel iets veranderd, maar haalt nog altijd hetzelfde hoge niveau. Ik denk dat Delsin een vaste waarde is geworden, met een mooie balans tussen innovatie en een beproefd recept. Het moet ook een beetje een tijdloze sound zijn en dat is bij de meeste releases volgens mij wel gelukt. Ik vind het gewoon goede muziek

(lacht).”

L2P: Wat is de gedachte achter het nog jonge sublabel Ann Aimee?

Marsel: “Ann Aimee bestond reeds sinds 2003, maar ik deed er niet zoveel mee. Een paar jaar geleden werd het wel erg druk op Delsin met veel verschillende artiesten, waardoor de sound van het label diffuus werd. Ik heb Ann Aimee begin 2008 weer opgepakt, om de verschillende muziekstromingen scherper te kunnen neerzetten. Dat is goed gelukt, niet in de laatste plaats doordat Delta de opvallende hoesontwerpen ook weer wou gaan maken. Newworldaquarium heeft trouwens ook een eigen sublabel onder de Delsin-paraplu.”

L2P: Je komt ook vaak in actie achter de decks als Peel Seamus. Hoe lang doe je dat al?

Marsel: “Ik ben daar dus wel anders ingerold dan andere dj’s (via het label) en ben het pas  serieuzer gaan oppakken tijdens een tour rond de 50^ste release van Delsin. Achteraf had ik die tour wel iets anders moeten aanpakken, want we kwamen als een stelletje hippies aanzetten bij die gigs, zo van ‘lekker onze eigen vage plaatjes draaien’. Ik dacht op dat moment namelijk nog dat er een flinke kloof zat tussen wat Delsin uitdroeg en wat men op de dansvloer wilde horen. Maar tijdens onze feesten (vooral die in de 11) bleek dat de Delsin-sound en clubs toch heel goed samengaan en dat ook de nieuwe generatie die diepe sound trekt. Het is leuk om achter de decks te staan, maar het blijft voor mij een ‘dingetje erbij’ waarmee ik wat extra brood op de plank krijg. Het runnen van het label blijft het belangrijkst.”

L2P : Hoe staat het met je producersactiviteiten?

Marsel: “Die stonden een tijd op een laag pitje vanwege alle Delsin-feesten en festivalsgigs, waardoor ik er vaak maar half mee bezig kon zijn. Maar ik kreeg de smaak weer te pakken door de samenwerking met Aroy Dee op ‘All That Remains’, waarop veel goede reacties kwamen. Ik ben nu volop bezig met een solorelease en het is de bedoeling dat die voor het eind van het jaar uitkomt.”

L2P: Welke artiesten zijn je grootste inspiratiebronnen?

Marsel: “Beetje cliché, maar Carl Craig springt er toch wel bovenuit. Daarnaast Chicago-dingen als Ron Trent, Berlin met Maurizio etc., maar ook veel UK techno, The Black Dog, Aphex Twin en Autechre. Dat meer experimentele geluid mis ik momenteel wel op Delsin en dat jeukt, dus misschien stuur ik het label de komende tijd wel meer die kant op.”

L2P: Zijn er, naast Detroit en techno, nog andere muziekstromingen waar je voor gaat?

Marsel: “Mooie muziek draait om het overbrengen van emotie en dat kan soul, rock of folk soms veel beter dan techno. Ik luister echt van alles: ik vond ‘Coast2Coast’ van Charles Webster erg lekker en kan ook erg genieten van bijvoorbeeld Flying Lotus, Burial, Cyclops, Stevie Wonder en Curtis Mayfield.”

L2P: Waar houd je je mee bezig als je even niet met muziek bezig bent?

Marsel: “Als ik even geen klus heb bij een website als (freelance) IT-er, ga ik het liefst naar de kroeg. Ik ben geen enorme partyganger, al kwam ik wel vaak in de 11 omdat die programmering me erg aansprak. Ik kan ook goed genieten van een lekker hapje eten buiten de deur. Verder kan ik zo een middag zoet zijn met het lezen van kranten en boeken over van alles en nog wat."

L2P: Wat zou het mooiste toekomstscenario zijn voor Delsin?

Marsel: “Het beste scenario zou natuurlijk zijn dat Delsin ondanks de moeilijke markt toch weet te groeien, met een breed aanbod aan muziekstromingen. Ik denk dat festivalgigs en labelavonden daarbij een grote rol blijven spelen. Toch is het ontdekken van nieuwe talenten het leukste aspect van een label runnen, want daar draait het tenslotte allemaal om: een debuut uitbrengen van een artiest die niemand kent, maar waarvan later blijkt dat hij een hele nieuwe substroming heeft ontketend. En ik wil graag meer ruimte creëren voor experimentele elektronica, deephouse, jazzy elektronica en beats. Het Britse label Warp blijft toch wel een goed voorbeeld van de diversiteit die ik zou willen bereiken met Delsin en de sublabels. ”

L2P: Heeft Planet Delsin al een nieuwe thuisbasis gevonden nu de 11 dicht is?

Marsel: “Planet Delsin heeft nog geen nieuwe definitieve thuisbasis, maar er is een tijdelijke haven gevonden in Doornroosje, met op 29 november Ripperton, Chymera, Quince, Delta Funktionen, Tim Nieburg en ikzelf in de booth. Op 7 november is er een Delsin-avond in de befaamde Club Rex (Parijs, red.) waar ik samen met Quince en Sterac a.k.a. Steve Rachmad ga optreden. Ook zit er een avond in de Fabric (Londen, red.) in de planning voor februari 2009. Ik hoop natuurlijk dat we het voor elkaar krijgen dat er elke vier/vijf maanden een Delsin-feest in Fabric of Rex gaat plaatsvinden, maar eerst maar die eerste avonden maar eens goed doen! En dan is er ook nog het 'eeuwige' plan om met Delsin naar Japan te gaan. Maar eerst komen we naar de Watt op 17 oktober, voor de gezamenlijke Clone/Delsin-avond ‘Forcefield’.”

L2P: Toe maar: een vaste avond in Fabric en Rex?

Marsel: “Nou, als je kijkt naar wat er in die clubs zoal geprogrammeerd wordt, past Delsin daar toch prima tussen, al zeg ik het zelf? Ik merk ook dat ik in die 12,5 jaar veel goede relaties en credits heb opgebouwd bij artiesten en clubs. Niet dat ik daar heel bewust mee bezig was, maar zo is het gewoon gelopen. Het draait om de muziek en niet om de entourage van het vluchtige dj-wereldje. Ik haalde voor de Planet Delsin-feestjes Carl Craig en Derrick May gewoon op van Schiphol met een gehuurde Green Wheels-wagen, omdat dat handiger was. Zij vonden dat geen probleem. Met Derrick May in zo'n kleine Green Wheels over de A10; daar had ik misschien achteraf wel wat foto’s van moeten maken (lacht).”

L2P: Tot slot: welke releases zitten eraan te komen?

Marsel: “In februari komt er een compilatiealbum uit, met het beste van de afgelopen drie jaar Delsin. Het wordt een dikke release met prachtig artwork en profielen van de Delsin-artiesten. En houd ook de nieuwe EP van Rolando ‘Hiatus’ in de gaten, die deze maand uitkomt.”

Forcefield (Clone & Delsin) @ Watt Basement, Rotterdam op vrijdag 17 oktober met Patrice Scott (Sitrum / Detroit), Serge (Clone), Quince (Delsin, live), DXR a.k.a. Dexter

23:00- 05:00 vvk €8, deur €10,-

Delsin

Peel Seamus