Gesprek met Bryan Jones

Partyscene Redactie | 23 januari 2008
interviews

In Europa beschouwen veel mensen dance als popmuziek

Bumpin Chicago met Bryan Jones

De Amerikaanse dj/producer Bryan Jones (26) draait aanstaande zaterdag in de Rotterdamse Catwalk, tijdens een nieuwe editie van Bumpin’ Chicago. Hoog tijd om de man, wiens carrière met releases op labels als OM en Ministry of Sound de afgelopen jaren in een stroomversnelling is geraakt, aan de tand te voelen.

 

Tekst: Swan

Heeft Bryan Jones altijd al de ambitie gehad om artiest te worden?

Bryan: “Toen ik 8 jaar was, begon ik te drummen. De zeven jaren daarna heb ik gedrumd in diverse bandjes. Ik zat in metal bandjes, classic rock bandjes en zelfs een paar jazzbandjes. Ik groeide op in een kleinere stad, en had eigenlijk nog nooit van housemuziek gehoord, totdat ik naar de middelbare school ging. Daar verruilde ik mijn drumstel voor een Roland sampler en twee draaitafels. Dat was het moment dat ik bezeten raakte van house.”

Terugkijkend op je carrière tot nu toe: wat zou je achteraf anders gedaan hebben?

Bryan: “Mijn oude producermaatje Mike Gillenwater en ik maakten jaren geleden een hoop massaconsumptie electro-spul. Had ik maar meer van die sound gemaakt, voordat het zo ‘massive’ werd.”

Bryan Jones brengt de ene na de andere Chicago houseklapper uitIn de afgelopen jaren zijn er meer dan honderd tracks van je verschenen. Hoe kun je zo productief zijn in zo’n korte tijd?

Bryan: “Die tracks produceer ik al sinds 2002, waarbij ik samenwerkte met Mike Gillenwater. Ik produceer veel verschillende stijlen, dus als iets goed klinkt voor mij, dan wil ik daar meer van maken. Dan kan het snel gaan.”

Welke release was in jouw ogen de beste?

Bryan: “Sales-gericht was de track ‘Chicago Jack’ de beste. Die plaat werd getekend voor veel compilatie-cd’s, werd op vinyl gesneden en uitgebracht voor OM en geremixt op vijf verschillende releases door verschillende producers.

Het is moeilijk om zelf een favoriete track te kiezen, maar ‘Groove Foundation’ ‘Devotion’ en ‘Get Loaded’ zijn de eerste die me te binnen schieten.” 

Is het anno 2008 nog zinvol om een artiestenalbum uit te brengen?

Bryan: “Ik denk van wel. De afgelopen artiestenalbums deden het in ieder geval erg goed. We hebben een High Caliber-album op ‘Olive Records’, ergens in 2004, uitgebracht, welke goed verkocht. Een track die daar op terug te vinden was, werd getekend voor de videogame ‘Playboy the Mansion’. Dan ben je in ieder geval uit de kosten.

Recent heb ik mijn eerste soloalbum op het New Yorkse ‘i! Records’ uitgebracht. Dat is een groot label die zijn marketingzaken wel voor elkaar heeft. Dan heeft het ook zin om een album uit te brengen, temeer omdat er meteen een grote albumtoer wordt opgezet. Voor de kleinere labels wordt het wel steeds moeilijker om artiestenalbums uit te brengen.”  

Komt er een nieuw studioalbum aan?

Bryan: “Daar ben ik mee bezig. Ik werk momenteel veel met vocals en het album moet wat gevarieerder zijn dan mijn clubtracks.”  

 

In Nederland wordt jouw sound bestempeld als Chicago House, Real House of Jackin’ House. Hoe omschrijf jij jouw sound zelf?

Bryan: “Jackin’ House is een brede term en wordt al snel ergens opgeplakt. Chicago House kan ook werkelijk alles betekenen. Meestal zeg ik ‘Funky, Jackin’ house uit Chicago’. Ook de term ‘New School’ hoor ik vaak, hetgeen neerkomt op het werk van o.a. Joey Youngman, The Sound Republic en mijzelf. Wij zijn van de jongere generatie househeads, in vergelijking met ‘veteranen’ als Derrick Carter en Mark Farina. Hun sound is dan ook meer old skool dan de onze.” 

Welke muziek beluister je als je niet aan het werk bent?

Bryan: “Veel verschillende vormen van house en techno uit verschillende periodes. Ook ben ik een groot fan van hiphop en rap. Niet echt de nieuwe muziek, maar de oudere garde artiesten van begin jaren ’90. De La Soul, Tribe Called Quest en meer van dat soort acts.”

Je hebt veel getoerd de afgelopen jaren. In welke landen is jouw sound het populairst?

Bryan: “In Australië en Canada stonden de mensen letterlijk op de banken. Ik trad iets meer dan tien keer op in die twee landen, en bijna elke gig was fantastisch. Vancouver en Sydney zijn absoluut mijn favoriete steden om op te treden. Ook de gigs in België (H2O en Decadance, red.) waren zeer vermakelijk.”

Wat is het grootste verschil tussen de Amerikaanse en Europese housescene?

Bryan: “In Amerika hoor je normaalgesproken geen dance op de radio. In Europa daarentegen beschouwenveel mensen dance als popmuziek. Dat geeft je muziek veel meer kans om gehoord te worden. Daarom treden Amerikaanse artiesten vaker op in het buitenland dan Europese artiesten.”

Ooit eerder in Nederland geweest?

Bryan: “Jazeker! Ik heb een jaar geleden gedraaid voor de jongens van Soulfully Yours in Maastricht, en daarna trad ik op in Haarlem. (Lacht:) Ik kan me nog vaag iets herinneren van een grappige coffeeshop aldaar.”

Zaterdag de 26e januari draai je tijdens Bumpin’ Chicago in de Rotterdamse club Catwalk. Wat kunnen we van je verwachten?

Bryan: “Om eerlijk te zijn, weet ik dat nog niet. De muziekkeuze wordt ter plekke bepaald. Hopelijk wordt het een drukbezochte avond waar ik lange tijd kan draaien. Lang draaien, dat is echt mijn favoriete bezigheid.”

          Zaterdag draait Bryan in de Catwalk          

WINWINWIN!!! Love2party geeft op de valreep voor aanstaande zaterdag 3x2 plekken op de gastenlijst weg. Wil je bij dit feestje zijn? Stuur Swan een mailtje en wellicht krijg jij vrijdag te horen of je gewonnen hebt. Succes!

Bryan Jones

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws