Dennis Ferrer

Partyscene Redactie | 17 oktober 2006
interviews

Welke producer gebruikt er nu een tuba? Ik dus!

Als broekie kwam ik vaak in een muziekwinkel bij ons om de hoek. Daar speelde ik uren op een keyboard en keek ik hoe anderen dat deden. Net zo lang totdat de winkel sloot en het personeel mij verzocht om naar huis te gaan

Even leek het leven van Dennis Ferrer saai en burgerlijk te worden. De 36-jarige dj/producer trouwde, kreeg twee kinderen en verruilde de rokerige clubs voor een steriel kantoor. Eén plaat redde zijn leven.

Tekst: Evert-Jan

Beeld: Jos Kottmann

Hoe staat de deephouse-scene er in Amerika momenteel voor?

Dennis Ferrer: “Als je het vergelijkt met jaren geleden, is de scene nu veel kleiner. Vroeger had je grote clubs die elk weekend vol waren. Tegenwoordig wordt er alleen deephouse gedraaid in kleinere clubs als Cielo. Daarnaast worden er loft party’s georganiseerd waar dj’s voor niets draaien. Dat is vervelend voor mij, want ik heb een gezin waar ik voor moet zorgen. Ik kan het mezelf dus niet veroorloven om in ruil voor een paar drankbonnen te gaan draaien.”

Hoe ben in het dj en producers vak terechtgekomen?

Dennis Ferrer: “Als broekie kwam ik vaak in een muziekwinkel bij ons om de hoek. Daar speelde ik uren op een keyboard en keek ik hoe anderen dat deden. Net zo lang totdat de winkel sloot en het personeel mij verzocht om naar huis te gaan. Daar is de interesse voor muziek ontstaan. Begin jaren negenig ben ik begonnen met het produceren van hiphop. Later techno met jongens als Frankie Bones en Steve Stoll. In die tijd was er geen geld met de muziek te verdienen. Zelfs een Richie Hawtin kreeg toen niet meer dan tweehonderd dollar voor een set. Ik kreeg twee kinderen en ben even uit het muziekwereldje gestapt, omdat ik een verantwoordelijke vader wilde zijn. Geloof het of niet, maar ik ben een tijdje softwareprogrammeur geweest."

Ik luister naar vele soorten muziek, eigenlijk naar alle goede muziek. Dat kan electro of broken beat zijn, maar waar ook oude soul en jazzMaar het bloed kroop waar het niet gaan kan.

Dennis Ferrer: “Klopt. Kerri Chandler woonde bij mij om de hoek en we raakten bevriend. Ik wist dat hij in de muziek zat. Toen hij mij een keer meenam naar een dj-gig in Boston, draaide hij ‘Why I Sing’ van Kenny Bobien. Daarin vertelt Kenny Bobien dat hij zingt, omdat hij zo van muziek houdt en zijn dromen heeft gevolgd. Op dat moment besefte ik dat ik mijn droom juist niet volgde. Toen, door die plaat, ging het knopje weer om. Vervolgens zat ik alleen maar bij Kerri thuis in zijn studio en begon weer muziek te maken. Mijn eerste plaat had nog veel techno-invloeden, maar langzamerhand werden mijn tracks soulvoller en dieper, mede door de inbreng van Kerri. Toen ik later met Kennie Bobien het nummer ‘Gratefull’ opnam, was dat een droom die uitkwam. Hij was immers de man die er indirect voor heeft gezorgd dat ik vandaag de dag platen produceer. ‘Gratefull’ gaat over hem en Kerri, want dankzij hen heb ik de muziek weer opgepikt.”

Wat is kenmerkend aan een productie van Dennis Ferrer?

Dennis Ferrer: “Ik werk veel samen met Kerri Chandler en wij hebben de volgende gouden regel: produceer nooit drie keer achter elkaar hetzelfde. Ik bedoel hiermee dat wij ons niet vasthouden aan een geluid. Dan breng je een aantal techy producties op de markt, om vervolgens weer wat deephouse-producties te maken. En als we zin hebben in house met meer Braziliaanse invloeden, dan gaan we daar voor.

Als het om een remix gaat, maak ik vaak het tegenovergestelde van wat mensen van me verwachten, omdat ik verbaasde gezichten wil zien. Mijn remix van ‘The Cure and the Cause’ van Fish Go Deep is daar een goed voorbeeld van. Niemand had het resultaat verwacht. Het lijkt niet eens op het origineel en ook niet op voorgaande remixen van mij. Ik heb daar zelfs een tuba in gebruikt, en welke producer gebruikt er nu een tuba? Ik dus!”

Het is niet erg om af en toe je trots aan de kant te zetten, en een meer hitgevoelige plaat te maken

Uit welk soort muziek haal jij je inspiratie?

Dennis Ferrer: “Ik luister naar vele soorten muziek, eigenlijk naar alle goede muziek. Dat kan electro of broken beat zijn, maar waar ook oude soul en jazz. Ik luister wel vanuit het oogpunt van een muzikant. Als ik bijvoorbeeld melodieën hoor die te gek zijn, dan ga ik daarmee aan de slag in de studio.”

Veel artiesten in de deephouse scene produceren na verloop van tijd hitgevoelige houseplaten. Ben jij nooit in die verleiding gekomen?

Dennis Ferrer: “Het is niet erg om af en toe je trots aan de kant te zetten, en een meer hitgevoelige plaat te maken, zolang je maar wel terug kan gaan naar je eigen sound. Te trots is ook niet goed. Als je alleen maar platen uitbrengt voor een handjevol Dennis Ferrer draait zaterdag in de Thalia Loungeliefhebbers, dan sterf je arm. Niet dat ik rijk wil worden, maar ik moet wel mijn gezin kunnen onderhouden.”

Wat kunnen we in de toekomst van jou verwachten?

Dennis Ferrer: “Ik wil vooral doorgaan met het produceren van goede platen. Mijn album The World as I See It ligt binnenkort in de winkel. Deze cd ga ik over de hele wereld promoten. En ik ben samen met Karizma het label Objektivity begonnen. Op dit label willen we alleen maar echte diepe platen uitbrengen, maar dan wel weer richting techno, want daar kom ik toch vandaan.”

Dennis Ferrer draait aanstaande in de Rotterdamse Thalia Lounge. Don't miss it! Een recensie van zijn nieuwe mixcompilatie In The House verschijnt nog deze week.

Dennis Ferrer

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws