Club Trouw, het geheimpje van Amsterdam

Lucas Boon | 18 december 2015
blogs

Wij zijn blij verheugd met het nieuws dat De School - ook wel omgedoopt tot 'opvolger van Club Trouw' - op 3 januari 2016 haar deuren opent. Exact een jaar geleden sloot Trouw haar deuren, waarna wij onderstaand achtergrondartikel in Clublife Magazine 4.2015 schreven. Enjoy!

Eens in de zoveel tijd staat er in Amsterdam een club op die anders is dan anderen. Dan hebben we het dus niet over de bar/dancings aan het Leidseplein en ook niet over de obscure nachtdiscotheken diep in het noorden van de stad. Clubs waar muziekliefhebbers en creatievelingen tezamen komen. Voor mensen die houden van dansen, urenlang opgaan in de muziek, die even willen ontsnappen aan de sleur van de week. Club Trouw, het was precies wat de stad Amsterdam en misschien wel het hele land nodig had in 2009. Een underground-club met kwalitatief goede programmering. Grote namen, sterk geluid, gewoon goed. Trouw heeft het, of beter gezegd ‘had’. Want ook deze club redt het niet tot het oneindige. Sterker: wanneer je dit leest, is het nog maar een kwestie van een paar weken voor ook deze inmiddels legendarische hotspot haar deuren moet sluiten. Maar wat maakte de club nu eigenlijk zo bijzonder – waarom was iedereen er zo lyrisch over? En wat heeft de club ons gebracht? Vijf jaar Trouw. Clublife Magazine blikt terug.

Geschiedenislesje

Er zijn veel vergelijkingen uit het verleden getrokken met Club Trouw. Het meest bekende voorbeeld is ongetwijfeld de RoXY. Alles klopte: het extravagante publiek, de erotische feesten, de locatie (Singel, nabij de Munt). Ook de tijd had RoXY mee, of beter gezegd andersom. De welbekende summer of love in 1988: het begin van de house en XTC-scene in Nederland, het gebeurde allemaal in de RoXY. Zelfs het einde was spectaculair, in 1999 ging de club – tragisch genoeg - in vlammen op, op dezelfde dag dat mede-oprichter Peter Giele begraven werd. Wie volgde? Er was niet direct een waardig opvolger aan te wijzen. Begin jaren '00 was de hoofdstedelijke uitgaansscene wat minder spectaculair en gebeurde er weinig op dance-gebied – het was met name de urban-cultuur die in die tijd een groeispurt kende. Totdat in 2004 er een nieuw initiatief de kop opstak: in het oude Postgebouw aan het Oosterdijkseiland, op een steenworp afstand van het Centraal Station, zag Club 11 het daglicht. De club boekte met haar internationale programmering en alternatieve uitstraling succes. Ook was Club 11 succesvol vanwege de ligging, de elfde verdieping van het gebouw bood je een magistraal uitzicht over de hoofdstad. Maar ook Club 11 moest na vier succesvolle jaren in 2008 het pand uit.

Who’s next?

Who’s next?, gonste het door de stad. Ditmaal hoefden de Amsterdammers minder lang te wachten. Olaf Boswijk, destijds programmeur van de 11, wilde dezelfde stijl voortzetten en begon in datzelfde jaar met iets nieuws: Club Trouw. De locatie was deze keer weer bijzonder: het betrof het oude Trouw-gebouw, juist, van de gelijknamige krant dus. Diezelfde krant schreef in 2009: ‘doorslaggevende reden om juist in dít gebouw een club te willen vestigen, is de bijna hermetisch geïsoleerde benedenverdieping. Daar stond vroeger dag en nacht de drukpers te dreunen.’ De krant gaf toestemming de naam voor de nieuwe club te gebruiken, en een nieuwe Amsterdamse hotspot was geboren. Club Trouw staat (nog steeds) aan de Wibautstraat, en dit mag met recht de meest ongezellige straat van Amsterdam genoemd worden. Perfect voor een industriële en underground club als Trouw. Rauwer dan dat wordt het niet. In 2009 kreeg de club een vergunning voor twee jaar, en die is daarna twee keer met twee jaar verlengd.

Wat is er nu eigenlijk gebeurd in de Trouw?

Er is vooral heel veel vette muziek gedraaid. Club Trouw wist goed hoe ze moest uitpakken. Alle grote underground-dj’s (overwegend techno-gerelateerd) van dit moment hebben in de club gestaan, soms zelfs als zogenaamde all-nighters (de hele avond lang een en dezelfde dj). Denk aan Laurent Garnier, Speedy J en Marcel Dettmann. De club stond bekend om kwaliteit. Sta je in Trouw, dan doe je iets goed, zogezegd. Ook zijn bijvoorbeeld dj’s als Tom Trago en Sandrien meegegaan in ‘de lift’ van Trouw: dj’s die onlosmakelijk verbonden zijn aan de club en er groot mee geworden zijn, zoals dat bijvoorbeeld ook het geval was met Dimitri en Joost van Bellen ten tijde van de RoXY. Daarnaast waren er de welbekende ‘weekenders’, feesten van vrijdagavond tot maandagmorgen waar je 24/7 uit je plaat kon gaan. Had je een brave negen tot vijf baan, maar kon je ook deze weekenders niet weerstaan, dan had je baas een probleem (en jij waarschijnlijk ook). En waar Amsterdam bekend staat als een wereldstad, maar tegelijkertijd te kampen heeft met burgerlijke regeltjes als sluitingstijden, leek Trouw daar geen moment wakker van te liggen. Party till we drop! Met zekerheid durven wij te zeggen dat Trouw over twintig jaar een nog groter fenomeen zal zijn dan het nu is. De club heeft een stempel gedrukt op het Amsterdamse nachtleven, zoals ook de RoXY, iT, Mazzo en 11 dat hebben gedaan.

Regeltjes

Maar, fenomenaal of niet, de club stond niet bepaald bekend als laagdrempelig. Zo was Trouw bijvoorbeeld wars van zogenaamde accreditaties; partyreports zoals die veel in Clublife Magazine te lezen zijn, daar werd tot onze grote spijt niet aan gedaan. Ook kwam het voor dat je soms een uur buiten in de rij moest staan, om vervolgens om onduidelijke redenen geweigerd te worden. Per 1 januari 2014 stelde de club een nieuwe regel: geen camera’s in de club, want: ‘what happens in Trouw, stays in Trouw’. Daarnaast besloot Trouw geen online verkoop te hanteren voor reguliere clubavonden; op deze manier probeerde de club de spontaniteit en vrijheid terug te krijgen in het nachtleven. Of je het nu wel of niet eens was met dergelijke ‘regeltjes’, het had zonder meer een positieve invloed op het exclusieve karakter van de club. Trouw, daar moest je geweest zijn.

 

Beeld door De Fotomeisjes en Adam Nowek.

 

Meld je aan voor de
en ontvang het laatste partynieuws